Call center medewerkers met een ongezond hoge bloeddruk als gevolg van hun werkzaamheden. Dat is niet zichtbaar. Het is misschien niet waar je als werkgever in eerste instantie aan denkt. Het lijkt eerst een incident, één medewerker die hier last van heeft. Maar het zou ook kunnen zijn dat de vele gefrustreerde klanten die een call center medewerker aan de lijn heeft, elke dag, dagenlang en maandenlang uiteindelijk heeft geleid tot deze gevaarlijk hoge bloeddruk. En dat er meer collega’s hier last van hebben zonder dat je het weet. Met als resultaat gezondheidsklachten waarbij iemand thuis moet herstellen en voorlopig niet werkt. Zo kan een heel team op termijn uitvallen met dezelfde type klachten.

Dit kan voorkomen worden. Het is precies de reden waarom er een verplichte RI&E is voor werkgevers, een ‘risico en inventarisatie evaluatie’. Hieruit voortvloeiend volgt een advies voor een PMO (Preventief Medisch Onderzoek) of een PAGO (Periodiek ArbeidsGezondheidskundig Onderzoek), afhankelijk van het type werk en de aard van de werkzaamheden. 

Meten is nou eenmaal weten | Waar het om gaat is dat je als werkgever gezondheidsklachten en daarmee verzuim kunt voorkomen als je beter in kaart hebt gebracht of er op dit moment ook risico’s zijn. Bedrijfsartsen kunnen bijvoorbeeld lichamelijke onderzoeken aan de hand van een PAGO of PMO doen en vaststellen dat de meeste onderzochte teamleden een ongezond hoge bloeddruk hebben en zeer veel stress ervaren. Zonder dat er medische gegevens worden gedeeld, kan er een ‘lekenrapportage’ worden uitgebracht waarmee de werkgever passende maatregelen kan treffen. Het betreft overigens niet alleen medische data, binnen een PMO of PAGO is het van belang dat verschillende kerndeskundigen – de bedrijfsarts, hogere veiligheidskundige, arbeidshygiënist en arbeid- en organisatiepsycholoog – goed samenwerken. Daarbij kan ook ondersteuning van casemanagers, ergonomen of leefstijlcoaches doeltreffend zijn. Het PMO helpt medewerkers fit en met meer plezier aan het werk te krijgen. Dat is fijn voor de medewerker, maar ook voor de werkgever is het een belangrijk instrument om verzuim en uitval te voorkomen.

Trends vaststellen | Wanneer je periodiek een PMO/PAGO uitvoert kun je zien of de maatregelen die je hebt getroffen ook het gewenste effect hebben en of je inderdaad schadelijke gezondheidsklachten en verzuim op deze manier vóór bent.

Hieronder zetten we nog even op een rij wat het wettelijk kader is van een PMO/PAGO. Schroom niet om je casemanager te benaderen om hier meer over te weten en te zien wat voor jouw organisatie het meest wenselijk is.

Verschil PAGO en PMO | In de Arbowet is het PAGO opgenomen (zie artikel 18). In de praktijk spreekt men ook over PMO, een preventief medisch onderzoek. Soms wordt met het PMO het PAGO bedoeld. Soms wordt een (aanvullend) leefstijlonderzoek of een in te vullen vragenlijst aangeduid met de term PAGO of PMO. De invulling van een PMO kan daaraan voldoen, maar dat is niet altijd het geval.

Periodiek ArbeidsGezondheidskundig Onderzoek | De inhoud van het PAGO moet passend zijn bij de situatie op de werkvloer. Het PAGO wordt daarom gebaseerd op de RI&E. Data verkregen uit de PAGO kunnen ook weer input zijn voor de Risico Inventarisatie & Evaluatie. Bij het bepalen van de inhoud van het PAGO is het van belang de verschillende kerndeskundigen – de bedrijfsarts, hogere veiligheidskundige, arbeidshygiënist en arbeid- en organisatiepsycholoog – goed samenwerken. Daarbij kan ook ondersteuning van casemanagers, ergonomen of leefstijlcoaches doeltreffend zijn.

Het doel van het PAGO is om aan de hand van de uitkomsten van het onderzoek vast te stellen of er binnen de referentiegroep sprake is van schade aan de gezondheid afgeleid van de risico’s in de RI&E. Als de schade is vastgesteld dan vaststellen wat kan worden uitgevoerd om nieuwe schade te voorkomen. Deze adviezen dient werkgever te vertalen naar beheersmaatregelen in preventie.  

Frequentie van het PAGO | Er zijn regels voor hoe vaak een PAGO moet worden aangeboden, wie er toegang tot de gegevens heeft en hoe lang deze bewaard moeten worden. In het algemeen is niet voorgeschreven om de hoeveel tijd een dergelijk onderzoek moet worden herhaald. Hierover moet worden overlegd met de ondernemingsraad, personeelsvertegenwoordiging of betrokken werknemers. De Arbowet schrijft niet voor naar welke specifieke gezondheidsaspecten moet worden gekeken, omdat dat afhangt van de aard van de arbeid. De risico’s zullen dus per bedrijf (of per groep werknemers) verschillen.

PAGO verplichtingen

Bij bepaalde risico’s is het aanbieden van PAGO verplicht:

  • Jeugdigen
  • Nachtarbeid
  • Gevaarlijke stoffen
  • Kankerverwekkende of mutagene stoffen en kankerverwekkende processen
  • Biologische agentia
  • Beeldschermwerk
  • Lawaai
  • Trillingen
  • Kunstmatige optische straling
  • Elektromagnetische velden
  • Duikarbeid, caissonarbeid
  • Ioniserende straling

Voor bepaalde arbeid is het hebben gedaan van een arbeidsgezondheidskundig onderzoek verplicht. Dit geldt onder meer voor werken onder overdruk. Hierbij dient het PAGO jaarlijks te worden herhaald.

Voor arbeid waarbij mogelijk blootstelling aan gevaarlijke stoffen plaatsvindt, moet de werkgever ervoor zorgen dat een PAGO wordt aangeboden voordat de mogelijke blootstelling plaatsvindt, tussentijds, na incidenten, en na afloop. De bevindingen worden opgeslagen in een medisch dossier wat 40 jaar bewaard dient te worden. Ter ondersteuning van de arbozorg bij gevaarlijke stoffen hebben de NVAB en de NVvA een leidraad ontwikkeld. Zie: Leidraad preventief medisch onderzoek van werkenden bij blootstelling aan gevaarlijke stoffen.

Preventief Medisch Onderzoek | Een PMO is een vrijwillige, periodieke reeks onderzoeken die gecertificeerde professionals gebruiken om de gezondheid en leefstijl van medewerkers in kaart te brengen. Een PMO bestaat uit een vragenlijstonderzoek én fysieke onderzoeken. Het doel van een PMO is om de risico’s en gezondheidsklachten van medewerkers zoveel mogelijk te voorkomen of te beperken. Denk aan klachten door fysiek belastend werk, nek-armklachten door thuiswerken, leefstijl, stress en ongewenste omgangsvormen.

Het PMO helpt medewerkers fit en met meer plezier aan het werk te krijgen. Dat is fijn voor de medewerker, maar ook voor de werkgever is het een belangrijk instrument om verzuim en uitval te voorkomen.

Het doel van het PMO is om aan de hand van de uitkomsten van het onderzoek vast te stellen of er binnen de referentiegroep sprake is van schade aan de gezondheid afgeleid van de risico’s in de RI&E. Als de schade is vastgesteld dan vaststellen wat kan worden uitgevoerd om nieuwe schade te voorkomen. Deze adviezen dient werkgever te vertalen naar beheersmaatregelen in preventie.  

Wettelijk kader | Een concreet PMO voldoet in het kader van de ILO-eisen aan 4 criteria:

1.     Noodzaak: de Nederlandse werkgever is gehouden aan artikel 18 Arbowet dat stelt dat hij periodiek een arbeidsgezondheidskundig onderzoek aan zijn werknemers moet aanbieden. 

2.     Relevantie: op basis van bedrijfsspecifieke informatie wordt binnen de kerndoelen van PMO gewerkt aan het opsporen en aanpakken van bedrijfs- of brancheproblemen. 

3.     Wetenschappelijke validiteit: de in te zetten onderzoeksmethoden signaleren en meten wat gesignaleerd en gemeten moet worden. 

4.     Effectiviteit: de interventies bij het PMO zijn zoveel mogelijk evidence-based; men mag verwachten dat zij het beoogde effect hebben. 

Eisen | Voor de uitvoerbaarheid van het onderzoek voegt de NVAB hieraan de volgende criteria toe: 

5.     Doelmatigheid in de uitvoering: beheersen van kosten en benodigde tijd

6.     Uitvoerbaarheid: voorkom hinderlijke verstoring van werkprocessen in het bedrijf

7.     Acceptatie door de werknemersvertegenwoordiging van relevantie en inhoud van het PMO: geef goede voorlichting vooraf

8.     Subsidiariteit: onderzoeksmethoden en interventies lijken de beste keus in termen van eenvoud en belasting gegeven de omstandigheden 

9.     Proportionaliteit: de belasting als gevolg van het PMO is redelijk in verhouding tot het doel en de te verwachten resultaten

Scope onderzoek | De scope van het PMO/PAGO wordt vooraf vastgesteld op basis van het PAGO advies in de RI&E. De scope wordt vastgelegd in de checklist PMO/PAGO.

Randvoorwaarden:

·       De te onderzoeken groep moet minimaal 15 medewerkers bevatten 

·       Er moet vooraf vastgesteld en vastgelegd worden welke onderzoeken worden uitgevoerd

·       De vooraf vastgestelde onderzoeken moeten op de hele referentiegroep toegepast worden

·       De resultaten van het onderzoek mogen niet naar individuen herleidbaar zijn

·       De resultaten worden op hoofdlijnen beschreven

·       De werknemer neemt op vrijwillige basis deel aan het PMO. 

Note: De leidraad beschrijft niet de aanpak van medisch onderzoek waaraan de werknemer zich moet onderwerpen op grond van wet- en regelgeving buiten de Arbowet. Deze categorie wordt beschreven in de NVAB-Leidraad Verplichte medische keuringen van werknemers tijdens hun dienstverband (2007). Ook aanstellingskeuringen blijven buiten beschouwing. Hiervoor verwijzen we naar de Leidraad Aanstellingskeuringen (2005). 

Privacy en anonimiteit | Rapportages over individuele gegevens, of over kleine groepen leveren wij alleen uit aan gecertificeerde arbodiensten of geregistreerde professionals met een (medisch)beroepsgeheim. Dat zijn bijvoorbeeld bedrijfsartsen, arbo-verpleegkundigen of A&O-psychologen. Voor deze professionals zijn de rapporten zeer bruikbaar om de individuele medewerker te adviseren en te begeleiden in het PMO.

Aan werkgevers worden onderzoeksresultaten uit het PMO alleen gerapporteerd op groepsniveau. Werkgevers krijgen dus nooit inzicht in individuele antwoorden.

Bewaartermijn | Voor arbeid waarbij mogelijk blootstelling aan gevaarlijke stoffen plaatsvindt, moet de werkgever ervoor zorgen dat een PAGO wordt aangeboden voordat de mogelijke blootstelling plaatsvindt, tussentijds, na incidenten, en na afloop. De bevindingen worden opgeslagen in een medisch dossier wat 40 jaar bewaard dient te worden. Ter ondersteuning van de arbozorg bij gevaarlijke stoffen hebben de NVAB en de NVvA een leidraad ontwikkeld. Zie: Leidraad preventief medisch onderzoek van werkenden bij blootstelling aan gevaarlijke stoffen.

Bronnen: 

–        Multidisciplinaire Richtlijn PMO (2013) 

https://www.nhg.org/sites/default/files/content/knmg-multidisciplinaire-richtlijn-preventief-medisch-onderzoek-juni-2013-v3.pdf

–        NVAB Leidraad PMO (juni 2013)

–        https://www.nhg.org/sites/default/files/content/knmg-multidisciplinaire-richtlijn-preventief-medisch-onderzoek-juni-2013-v3.pdf